De uitdaging zit in het delen van data

De grootste valkuil voor gebruik van data voor precisielandbouw is het niet kunnen delen van gegevens, constateert loonwerker Pim Sturm. ‘De programma’s zijn niet compatibel, je krijgt de data niet van het ene naar het andere programma. Daar gaat veel tijd en kennis mee verloren’.

Loonbedrijf Sturm-Jacobs uit Wieringerwerf maakt het zelf ook mee. Gegevens die een klant verwerkt heeft en die terugkomen in een format waar het loonbedrijf zelf niet mee kan werken. ‘Op die manier gaat er data de prullenmand in, wij kunnen er niks mee. En andersom’, zegt de loonwerker die met 25 medewerkers vooral actief is in de akkerbouw en bollenteelt in Noord-Holland.

Uitwisseling van data tussen de machines op zijn bedrijf, is al een probleem waar Sturm zelf tegenaan loopt. ‘De software van de machines spreekt bij wijze van spreken allemaal hun eigen taal – Duits, Engels, Frans, Italiaans – en ze kunnen niet met elkaar communiceren. Als ze nou eens allemaal Engels gaan praten, dan kunnen we elkaar verstaan.’

Met delen van de data kan de land- en tuinbouw stappen vooruit maken, verwacht de ondernemer. ‘En dan één systeem voor dataopslag, liefst in de Cloud, niet bij iedereen op de eigen computer. Dan kan iedereen die het nodig heeft, na goedkeuring door de teler, van de gegevens gebruikmaken.

Het probleem lost zich deels ook zelf op, schat de loonwerker in. ‘Over een jaar of vijf zijn veel kleine partijen op dit gebied wel verdwenen. Dan moeten de grote partijen eigenlijk de neuzen bij elkaar steken om alleen nog in Engels te werken. Dat kunnen we dan allemaal verstaan.’

Het wordt wel hoog tijd merkt, de loonwerker. Het gebruik van data staat nog in de kinderschoenen, maar de belangstelling groeit. Hij ziet dat er meer over gepraat wordt, dat bijeenkomsten over data en precisielandbouw en cursussen over bijvoorbeeld maken van taakkaarten veel boeren en tuinders trekken. ‘We hebben vorig jaar zelf ook een informatiebijeenkomst over precisielandbouw gehouden, daar kwamen een vierhonderd mensen op af. Dat zegt wel wat.’

Het loonbedrijf gebruikt technieken uit precisielandbouw voor onder andere opbrengstmetingen en opbrengstkaarten, grondsoortkaarten en variabel toedienen van bemesting en gewasbescherming. ‘We hebben drie klanten die er veel mee doen. De rest wil wel maar daar komt het er nog niet van’. Bij die klanten blijft de toepassing vaak nog bij registreren.  Er kan ‘absoluut’ veel meer met de data gedaan worden, maar veel telers zitten nog op de wip.

 Op basis van zijn ervaring tot nu toe heeft de loonwerker zelf al een extra stap genomen. Het loonbedrijf archiveert de verzamelde gegevens nu zelf. Het bleek dat telers na drie vier jaar de gegevens zelf niet meer hadden. Terwijl die gegevens waardevol zijn, vooral als de teler vervolgstappen in precisielandbouw maakt. Loonbedrijf Sturm-Jacobs heeft nu een systeem waarmee ze de gegevens eenvoudig kunnen archiveren en vooral terugvinden.

Sturm stuit bij het archiveren van de gegevens bij telers niet op wantrouwen over misbruik. ‘We hebben een keer een klant gehad die daar moeite mee had, maar de overige telers vertrouwen ons gewoon.’ De loonwerker geeft ook aan dat de gegevens alleen beschikbaar zijn voor de betreffende teler. Als hij op een mooi voorbeeld stuit dat hij met andere klanten wil delen, vraagt hij ook altijd vooraf toestemming.

Herkenbare problematiek? GQdata heeft voor de basis teelregistraties een platform ontwikkeld die in eenzelfde programmeertaal met meerdere applicaties in de landbouw kan communiceren. Data kan hierdoor makkelijk gedeeld worden. Hier leest u meer over het dataplatform van GQdata.